top of page

Rio: leven en overleven


That is the question.. ik heb het in ieder geval overleefd; de Paralympische Spelen.

Het is inmiddels alweer een aantal weken na terugkeer van het – zo zegt men – grootste sportevenement ter wereld en het lijkt al weer eeuwen geleden dat ik erbij was. Was ik erbij? Is het geen droom? Verkeer ik in een roes? Doch, dé Paralympische Spelen: ik mag ze op mijn palmares zetten.

Hoe was het nu werkelijk? Een eenduidig antwoord heb ik niet.. Ik ga dus maar verder waar ik met mijn laatste blog ben gebleven: op kilometers hoogte, onderweg naar een voor mij nieuw continent: Zuid Amerika. De trainingsstage in Portugal hebben we dan achter de rug. De laatste voorbereidingen, de laatste punten op de i, de laatste dagen van ‘rust’ in een rustige omgeving. We zijn voorbereid op een circus, op hectiek, op alles wat slecht is of zelfs niet is geregeld, zo hebben we vernomen uit de verhalen van de Olympische Spelen. We zullen doodgegooid worden met regels, rechten en vooral plichten, met wat wel mag maar vooral met wat allemaal niet kan. Ik ben benieuwd, ik bereid me voor op het ergste.

We worden vrolijk onthaald door mensen in Rio-shirtjes en het vervoer naar het dorp loopt eigenlijk best soepel, los van de files waar we in komen te staan, want de aparte Rio-rijstrook is al opgeheven sinds de Olympische Spelen. Het Dorp: niets anders dan wat ik me had voorgesteld: een megaterrein met tientallen flatgebouwen, grote tentenkampen waarin de eetzaal, fitnesscentra, medische posten en allerlei andere bedrijven zijn gevestigd, een geheel busstation voor de transfers van alle atleten naar de verschillende venues gelegen over de hele stad en een terrein voor vermaak (Incl. Max Donalds, waar dagelijks de rijen tot aan de entree staan!). Dit allemaal omgeven door een grote omheining, bewaakt door militairen. Het Dorp is hermetisch afgesloten, alleen met je accreditatie kun je via beveiligers en scanapparaten erin en eruit. Al heb je niet veel te zoeken buiten het Dorp, drukke, grote meerbaansautowegen die naar alle streken van het mega Rio leiden, vind ik persoonlijk niet echt een uitstapje. Daarnaast hebben verhalen over diefstal en criminaliteit in de afgelopen periode al zoveel angst ingeboezemd, dat je wel 2x nadenkt voordat je alleen op onderzoek uitgaat (let wel, deze gedachten heb ik de eerste dag in Rio;)).

De paratriatleten zijn op de 18e verdieping, oftewel het penthouse van de TeamNL- flat gehuisvest. Ik mag zelfs de zolder innemen en heb daarmee een bijna 360 graden uitzicht over Zuid-Rio. Het zijn half afgebouwde flats – de aannemer was voortijdig failliet – maar de primaire voorzieningen doen het redelijk (afgezien van het WC putje ). NOC*NSF heeft nog enigszins getracht wat huiselijkheid aan te brengen met een paar stoelen en een TV, maar veel gezelligheid straalt het niet uit. Niet erg, we zijn hier niet om vakantie te vieren.

Toch ben ik blij dat we na 2 dagen het dorp weer mogen verlaten. Een beetje trainen is hier een hele onderneming. Onder geen beding mogen we met onze fietsen / handbikes over de grote weg naar het fietsparcours 8 km verderop. In een busje worden we gestouwd om deze kilometers in meer tijd dan op de fiets te overbruggen. Hardlopen binnen de omheining van het Dorp is ook uitgesloten ondanks de aanwezigheid van een soort van voetpad. Een loopsessie met een blinde door een menigte van rolstoelers, kreupelen en ander publiek dat dag en nacht onderweg lijkt te zijn, is ondoenlijk. Gelukkig zijn de trainingsfaciliteiten voor de zwemmers voor iedereen toegankelijk. Achter het Dorp is een mega trainingsvenue uit de grond gestampt met grote tenten waarin onder andere 20 x 50 m-baden liggen. Natuurlijk is trainen niet meer het hoofddoel, maar de hele dag niets doen, je weet het al: daar word ondergetekende niet beter van.

De openingsceremonie is ons helaas al door de neus geboord: te kort op de wedstrijd / te ver weg, dus te lang op je benen staan / te laat terug, et cetera - alle excuses zijn de revue gepasseerd. We moeten het in ieder geval op de buis bekijken..

Donderdag vertrekken we naar de Copacabana, de locatie waar in het weekend het strijdtoneel van de paratriathlon is. Het is in eerste instantie een noodgreep van NOC*NSF als in april bekend wordt dat de gehele infrastructuur voor de Spelen niet af zal komen. Ik ben er uiteindelijk erg blij om: het hotel waar we zitten is een walhalla vergeleken bij het Dorp en daarbij heeft onze enkele reis van Dorp naar Copa al meer dan 80 minuten geduurd. Je zou dat maar iedere dag moeten doen, op en neer!

De laatste voorbereidingsdagen vliegen voorbij: briefings, parcoursverkenningen en inchecken van materiaal. En dat laatste betekent alles tot en met je zwembrilletje aan toe. Nergens mag enige reclame op staan. Zelfs de ministickertjes van Kersten Wielersport op mijn helm worden afgetaped. De tandem is meer ductape dan fiets, want ook merknamen op het stuur of zadel worden afgeplakt. En elke keer dat je voor een verkenning op het parcours komt, moet alles weer over.

De mentale rust en ook zekerheid die ik had de dagen voorafgaande aan het WK, ontbreken nu helaas. Al deze zaken, de drukte op de Copa, het lange wachten op dat ene moment, het kost me veel energie. Daarbij maakt de onzekerheid over de tandem het er niet beter op. Het elektronisch systeem schakelt niet lekker, heeft waarschijnlijk een tikje gehad bij het vervoer van Dorp naar Copa. Een eigen mechanieker hebben we niet, dus zelf maar prutsen. Het maakt me supernerveus.

Maar eerst mogen de mannen. Hun race start op zaterdagochtend. Jetze is torenhoog favoriet maar Geert maakt zeker kans op een podiumplaats. Hoewel het niet de beste voorbereiding is op mijn eigen race, wil ik deze natuurlijk helemaal volgen!

Ik zoek uiteraard naar de beste plek en krijg het voor elkaar mezelf op de VIP plek bij de wisselzone te positioneren. Echter, rustig kijken naar de mannenrace is er niet meer bij als ik ineens door Bas wordt gesommeerd direct pittstop en pomp te halen voor het plakken van een lekke band van de wheeler van Geert Schipper. Met mijn sprintcapaciteiten pace ik door alle barrières heen naar het hotel, hierbij menig persoon omver kegelend, om daarna met 3 security mannen achter me aan weer op de venue te komen waar ik sowieso al niet had mogen komen. Het zweet breekt me nog uit als ik eraan terugdenk, vooral aan het moment dat ik aan mijn shirt word weggetrokken terwijl ik Bas nog niet gevonden heb. Ineens zie ik hem gelukkig en gooi de zooi naar hem toe. Het eindresultaat is een geweldige beloning: Geert wint (zonder enige notie van wat er is gebeurd) de zilveren plak.

Zondag is D-day. Het ziet ernaar uit dat het een warme dag gaat worden. Voor mij geen probleem, maar voor Joleen wat minder. Het lijkt die ochtend alsof mijn stress verdwenen is. Ik ben er klaar voor. We starten midden in zee, vanaf een ponton. Het zal pittig worden, met de deining van de zee en de branding. We hebben er goed op geoefend. Doelstelling is strak langs de boeien en als eerste het water uit. Dat lukt.

Helaas moeten we in de eerste ronde al onze meerderen erkennen in de Engelsen en later ook de Australiërs. Ondanks dat we nog niet zo snel zijn als vandaag, zijn onze concurrentje nog een stapje sterker. Met welgeteld 16 U-bochten in het fietsparcours, wat betekent afremmen - keren – en weer optrekken, is het zwaar. We weten als 5e aan het looponderdeel te beginnen, maar de hitte maakt het voor Joleen toch een zware dobber, ondanks de liters water die ik over haar heen giet. Het resultaat is bekend: een 6e plek. Daar moeten we het mee doen. Het is voor mij in eerste instantie een teleurstellende plek. De verwachtingen zijn toch gegroeid na de prestaties op het WK en vanwege ook de vooruitgang die Joleen nog heeft weten te boeken in de laatste weken.

Echter, na uitgebreide analyses van de resultaten, de omstandigheden en de concurrentie is de eindconclusie dat dit het maximaal haalbare was op deze dag. In de analyses is meegenomen dat Joleen de enige blinde paratriatlete is binnen deze pool van – af en toe amper – slechtziende dames en dat de winnares oud-Olympisch kampioen Michella Jones als guide heeft, Eigenlijk is dit voor haar een superprestatie. Ik heb persoonlijk alleen wat meer tijd nodig om me dat te realiseren. In eerste instantie trek ik mijn eigen kwaliteiten bij het fietsen in twijfel: heb ik wel hard genoeg gewerkt? Ook die twijfel wordt de grond ingestampt, met een tijd die gemiddeld genomen niet ver achter die van de andere dames ligt en tevens de snelste tijd is die we überhaupt dit jaar hebben neergezet in de triathlon. Accepteren is dus het enige wat erop zit.

En daar zit je dan in Rio. De wedstrijd is voorbij, het verlies moet nog verwerkt worden en er is nog een week te gaan totdat we eindelijk naar huis mogen. Hoewel ‘thuis’ ontzettend lonkt, weet ik me wel te vermaken, natuurlijk met het kijken naar wedstrijden van atleten van ons eigen team, zeker degenen die ik de afgelopen periode heb getest en gevolgd ten behoeve van mijn werk voor het Testcentrum voor aangepast Sporten. En ondanks alle restricties houdt niemand me tegen wat van Rio te ontdekken. Ik weet via een kennis een fiets en een gids te regelen en kan zo op mijn favoriete manier delen van de stad doorkruisen Het is meer een kamikaze actie dan werkelijk fietsen, met verkeer dat niet erg gewend is aan fietsers en er zeker geen rekening mee houdt. En als er al fietspaden zijn aangelegd, houden ze meestal halverwege ineens op. Ik vind het natuurlijk een geweldige uitdaging J. Natuurlijk moeten ook de Olympisch parcoursen van de wegwedstrijd en de tijdrit afgevinkt worden. Overigens niet vervelend aangezien deze grotendeels door oerwoud worden geleid. Met een bezoek aan de ‘beruchte’ Braziliaanse sloppenwijken - favela’s - en het spontaan terechtkomen op een lokale Braziliaanse samba avond krijg ik in ieder geval het gevoel iets van het echte Brazilië te hebben ervaren.

Het onderscheid tussen leven en overleven is in Rio schrijnend aanwezig. De grote flats en riante appartementen aan de kust, de stranden die de gehele dag gevuld zijn met paraderende Brazilianen, het lijkt alsof iedereen het gehele jaar door vakantie heeft. Echter, in de schaduw van deze flats, gelegen tegen en op de steile heuvels van de monolieten die Rio rijk is, liggen de favela’s, sloppenwijken waar de drugsbendes (ondanks sancties van de regering) het leven bepalen. Hier leeft 80% van de bevolking van Rio. Iedereen die een modaal inkomen heeft, komt hier terecht. Het modale inkomen is niet toereikend voor het dure dagelijks leven. Hoewel dit hier de normaalste zaak van de wereld is, geeft het mij een vervelend gevoel. Ik behoor ook tot die middenklasse en voel me schuldig als ik vanaf het dak van het hotel de rijkdom overzie, terwijl in de straat achter me de politie met geweren de ingang van een favela onder toezicht houdt. Ik vraag me af wat de Spelen hebben toegevoegd, of juist hebben verergerd.

Aan alles komt een eind. Voor Nederland worden de Spelen afgesloten met een groots huldigingsfeest in een beach club met de avond erna de langverwachte sluitingsceremonie, waar ook naar uitgekeken is . De sluitingsceremonie is een deceptie. Waar gehoopt is op een daverend spektakel, moeten we genoegen nemen met een stortvloed aan speeches over hoe geweldig Rio was, muzikaal opgeluisterd door blijkbaar beroemde (aan het geluid van het publiek te horen) Braziliaanse artiesten à la Frans Bauer en de drie J’s. Maar met enige goede wil maken we er samen met atleten uit andere landen in de arena een eigen feestje van. De laatste tien minuten (als de meesten de moed al opgegeven hebben) weten we toch nog tot een daverend slot te komen.

Met een goede dosis slaaptekort en vitaminegebrek en een overschot aan alcohol-afbraakenzymen in mijn bloed, mag ik maandag eindelijk het vliegtuig in. Een vlucht apart voor Team NL. Een kijkje in de cockpit, een escorte met twee F-16’s bij landing op Schiphol en daarna een politie escorte naar Tivoli Utrecht, waar familie en vrienden ons opwachten. Ik ben zo blij dat ik terug ben. Mijn ‘normale’ leven mag eindelijk weer beginnen. Of toch dat zwarte gat? Wie zal het zeggen. Nieuwe uitdagingen wachten weer. Het is leven en overleven.


ZIE OOK
ZOEK OP TREFWOORD
Er zijn nog geen tags.
bottom of page